Kijkwijzer

De toeschouwer krijgt de rol van detective op zich en moet zelf op zoek gaan naar de betekenis van het kunstwerk. Door de chronologische onderverdeling in de kijkwijzer, weet de toeschouwer hoe hij naar het werk moet kijken.

Onder de tekeningen zitten verschillende elementen verborgen:

Inspiratiebronnen
In de kruin van elke boom zitten 2 inspiratiebronnen verborgen.

Pijlen in boom 2 en 3

De pijlen staan symbool voor de gevaren en de problemen die het kind raken. Naarmate het kind ouder wordt zal de toeschouwer merken dat de aard en omvang van de problemen en gevaren gaat veranderen.

Veelzeggende pictogrammen

De pictogrammen verwijzen telkens naar de bekleding van de boom. Wanneer de toeschouwer de link kan leggen tussen de twee, dan wordt de functie van de bekleding duidelijk.

Boom 1
het kind = de boom (gelukkig, van geen kwaad bewust)
de ouders en de paraplu = het harnas rond de boom (functie: bescherming)

Boom 2
de kapotte paraplu = het gesmolten harnas
de regen = het kind wordt zich stilaan bewust van gevaren en problemen

Boom 3
jongere ten volle bewust van de gevaren en problemen op de wereld
jongere denkt terug aan de kindertijd, de tijd zonder zorgen

Opdracht bij boom 3

De toeschouwer wordt uitgedaagd om in het vogelhuisje te kijken. Ze moeten hierbij hun ervaring kort neerschrijven. De meeste toeschouwers zullen dit niet graag doen omdat ze bang zijn om zichzelf te kwetsen. Daarna moeten ze een beschrijving geven van de binnen- en buitenkant van het huisje.

Buitenkant = gevaarlijk
Binnenkant = vrolijk, geluk, lieflijk...
Zo moeten ze tot de eigenlijke betekenis van het vogelhuisje komen:
De jongere heeft heimwee naar de tijd zonder zorgen, problemen en gevaren, maar slaagt er niet in om naar die tijd terug te keren. De jongere is zich te veel bewust van alle problemen en gevaren waardoor hij niet meer zorgeloos door het leven kan gaan.